2024 dag 42

Bijbeltekst: Marcus 14:1–11

Johannes 1:1-18

Het Woord van God

1In het begin was het Woord, het Woord was bij God en het Woord was God. 2Het was in het begin bij God. 3Alles is erdoor ontstaan en zonder dit is niets ontstaan van wat bestaat. 4In het Woord was leven en het leven was het licht voor de mensen. 5Het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet in haar macht gekregen.

6Er kwam iemand die door God was gezonden; hij heette Johannes. 7Hij kwam als getuige, om van het licht te getuigen, opdat iedereen door hem zou geloven. 8Hij was niet zelf het licht, maar hij was er om te getuigen van het licht: 9het ware licht, dat ieder mens verlicht en naar de wereld kwam. 10Het Woord was in de wereld, de wereld is door hem ontstaan en toch kende de wereld hem niet. 11Hij kwam naar wat van hem was, maar wie van hem waren hebben hem niet ontvangen. 12Wie hem wel ontvingen en in zijn naam geloven, heeft hij het voorrecht gegeven om kinderen van God te worden. 13Zij zijn niet op natuurlijke wijze geboren, niet uit lichamelijk verlangen of uit de wil van een man, maar uit God.

14Het Woord is mens geworden en heeft bij ons gewoond, vol van goedheid en waarheid, en wij hebben zijn grootheid gezien, de grootheid van de enige Zoon van de Vader. 15Van hem getuigde Johannes toen hij uitriep: ‘Hij is het over wie ik zei: “Die na mij komt is meer dan ik, want hij was er vóór mij!”’ 16Uit zijn overvloed zijn wij allen met goedheid overstelpt. 17De wet is door Mozes gegeven, maar goedheid en waarheid zijn met Jezus Christus gekomen. 18Niemand heeft ooit God gezien, maar de enige Zoon, die zelf God is, die aan het hart van de Vader rust, heeft hem doen kennen.

 Zalving door een vrouw

Langzaam komen we dichterbij het lijden en sterven van Jezus. En Jezus zelf… Hij lijkt te weten wat er gebeuren gaat. Hij weet dat het moment van loslaten dichterbij is dan ooit. Maar zou de vrouw, die aan zijn voeten knielt, het ook gesnapt hebben – helemaal en ten volle? Want waarom komt ze bij Hem, met die kleine kruik met olie, die een vermogen waard is? Was het om Jezus tot koning te zalven? Omdat ze iets groots in hem zag? Of was het, zoals Jezus het zelf ook zegt, om Zijn lichaam te balsemen voor de begrafenis? 

Vandaag luisteren we naar de band Banners met het nummer ‘someone to you’. Zij zingen: 

And if you feel like night is falling

I wanna be the one you’re calling

‘Cause I believe that you could lead the way 

Grofweg vertaald betekent dit zoiets als: 

En als je het gevoel hebt dat de hemel valt 

wil ik degene zijn die er voor je is, 

want ik weet dat jij mij kunt leiden. 

Eerlijk gezegd weten we niet precies waarom de vrouw doet wat ze doet, want er wordt niets over gezegd. Toch spreekt er uit haar handelen een groot vertrouwen en een grote liefde. Zoals wij onze geliefden soms ook nog even vasthouden of aanraken, omdat we weten dat het moment van afscheid nemen nadert en we hem of haar eigenlijk nog zo heel graag even hier willen houden – zo lijkt ook zij te willen doen. De vrouw komt met alles wat ze heeft en ze doet wat ze kan en zo ziet Jezus haar handelen ook. “Ze heeft gedaan wat ze kon” antwoordt Hij even later, op de de kritiek en de verwijten die er om hen heen geuit worden. Afgunstige, jaloerse stemmen. 

De vrouw weet dan misschien niet precies waarom ze doet wat ze doe, maar vanuit Jezus is er het wel degelijk het besef van wat er komen gaat en waar Hij nog doorheen zal moeten. Maar er is daarbij ook nog een ander besef, namelijk dat Jezus weet dat met dat begraven niet alles gezegd is, omdat hij tegelijkertijd toch ook al over de toekomst praat. Lijden en dood; ja, zij zullen komen; maar ook de opstanding en het leven zullen er zijn. Zijn verhaal zal dóór gaan. En het handelen van de vrouw vormt daarin een klein onderdeel, waarover tot op de dag van vandaag wordt gesproken. Over ‘van betekenis zijn’ gesproken… 

The kingdom come, the rise, the fall

The setting sun above it all

I just wanna be somebody to you 

Het koninkrijk, opkomst en ondergang,

De zon schijnt boven het al, 

Maar ik… ik wil gewoon van betekenis zijn voor iemand anders. 

 

Marissa van Meijl

Marcus 14:1–11

Jezus met kostbare olie gebalsemd

1De volgende dag zou het feest van Pesach en het Ongedesemde brood beginnen. De hogepriesters en schriftgeleerden zochten naar een mogelijkheid om Hem door middel van een list gevangen te nemen en te doden. 2‘Maar niet op het feest,’ zeiden ze, ‘want dan komt het volk in opstand.’

3Toen Hij in Betanië in het huis van Simon – degene die aan een huidziekte had geleden – aanlag voor de maaltijd, kwam er een vrouw binnen. Ze had een albasten flesje bij zich dat gevuld was met zeer kostbare, zuivere nardusolie. Ze brak het flesje open en goot de olie uit over zijn hoofd. 4Sommige aanwezigen zeiden geërgerd tegen elkaar: ‘Waar is deze verkwisting goed voor? 5Die olie had immers voor meer dan driehonderd denarie verkocht kunnen worden, en dat geld hadden we aan de armen kunnen geven.’ Ze voeren tegen haar uit. 6Maar Jezus zei: ‘Laat haar met rust, waarom vallen jullie haar lastig? Ze heeft iets goeds voor Mij gedaan. 7Want de armen zijn altijd bij jullie, en jullie kunnen weldaden aan hen bewijzen wanneer je maar wilt, maar Ik zal niet altijd bij jullie zijn. 8Wat ze kon, heeft ze gedaan: ze heeft mijn lichaam nu al met olie gebalsemd, met het oog op mijn begrafenis. 9Ik verzeker jullie: waar ook maar ter wereld het goede nieuws verkondigd wordt, daar zal ter herinnering aan haar verteld worden wat zij heeft gedaan.’

10Toen ging Judas Iskariot, een van de twaalf, naar de hogepriesters om Hem aan hen uit te leveren. 11Toen zij dit hoorden, waren ze opgetogen en beloofden ze hem geld te zullen geven. En hij zon op een mogelijkheid om Hem op een geschikt moment uit te leveren.

Deuteronomium 8: 1-6

Vergeet in voorspoed de HEER niet

81Leef alle geboden die ik u vandaag voorhoud strikt na. Dan zult u in leven blijven, in aantal toenemen en het land dat de HEER uw voorouders onder ede heeft beloofd, binnengaan en het in bezit nemen. 2Denk aan de tocht die de HEER, uw God, u door de woestijn heeft laten maken, veertig jaar lang. Hij wilde u zijn macht laten voelen en u op de proef stellen, om te ontdekken wat er in uw hart leefde: gehoorzaamheid aan zijn geboden of niet. 

3U hébt zijn macht leren kennen: hij liet u honger lijden en gaf u toen manna te eten, voedsel dat u nooit eerder had gezien en uw voorouders evenmin. Zo maakte hij u duidelijk dat een mens niet leeft van brood alleen, maar van alles wat de mond van de HEER voortbrengt. 

4Veertig jaar lang raakten uw kleren niet versleten en zwollen uw voeten niet op. 5Laat ieder van u dan beseffen dat de HEER, uw God, u opvoedt zoals een vader zijn kind opvoedt. 6Leef daarom zijn geboden na door de weg te volgen die hij u wijst en door ontzag voor hem te tonen.